VV03 cover 600
Mei 2022

De kunst van het weglaten van installaties

VV+ Opvallend

36 01

Het CollectieCentrum Nederland in Amersfoort wordt ook wel het ‘fysieke geheugen van Nederland’ genoemd. Hierin zijn namelijk de ‘niet permanent’ geëxposeerde kunst- en erfgoedstukken van vier organisaties samengebracht. Waar het niet nodig was, zijn installaties achterwege gelaten.

Het CollectieCentrum Nederland – het CC NL – werd eind 2021 geopend. Een bijzonder collectiegebouw waar de rijkscollecties van het Nederlands Openluchtmuseum, museum Paleis Het Loo, het Rijksmuseum en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed zijn samengebracht. Het gaat om zo’n half miljoen objecten, variërend van schilderijen tot kleding en meubels afkomstig uit de hele Nederlandse geschiedenis. Zowel organisatorisch als inhoudelijk werken de vier instellingen in het CC NL vergaand samen. De objecten worden niet per instelling opgeslagen, maar naar aard, type en datering. De collecties laten zo opvallende dwarsverbanden zien. Ook biedt het CC NL voor Nederland unieke faciliteiten die de hele cultuursector ten goede komen.

Van kantoor tot quarantaineruimte

Het gebouw is functioneel opgebouwd uit drie geschakelde bouwdelen: kop, hals en romp. De kop is een transparant volume met de entree en kantoren. In de hals bevinden zich de ateliers waar objecten worden onderzocht en gerestaureerd. In dit bouwdeel zijn ook een röntgenkamer, fotostudio, vriescel en quarantaine- en zuurstofvrije ruimtes ondergebracht. De romp ten slotte is een compact, gesloten volume van vier bouwlagen waarin de objecten worden bewaard en waar zich onder andere een koelcel voor audiovisuele materialen bevindt. Bij het gebouwontwerp lag een maximale focus op duurzaamheid. Belangrijk, zeker gezien het grote aantal ruimtes waar een optimale klimatisering voor het conserveren van alle stukken van belang is. Bijzonder is dat bij deze klimatisering niet de installatietechniek de hoofdrol speelde, maar vooral bouwkundige oplossingen. Sterker nog: het uitgangspunt voor het ontwerp was in principe ‘geen installaties, tenzij strikt noodzakelijk.’

36 02

Bouwkundige maatregelen

Hoever je daarin kunt gaan, is onder meer te zien bij de klimatisering van het depotgedeelte. Het dak en de gevels van het depot vormen samen een sterk isolerende schil, terwijl de begane grondvloer juist ongeïsoleerd blijft en in direct contact staat met de onderliggende grond. Deze werkt hierdoor als een temperatuurbuffer, waardoor voor een constante temperatuur tussen de 12 en 15 °C slechts een minimum aan installatietechniek nodig is. Op de etages van het depot is betonkernactivering toegepast.
Een belangrijke energiereductie is tevens gerealiseerd door het toepassen van de nieuwste inzichten rondom temperatuur- en RV-bandbreedtes. Stringente normen uit het verleden zijn daarbij losgelaten en er zijn nieuwe wetenschappelijk onderbouwde inzichten toegepast, waardoor de klimaatbandbreedtes groter zijn geworden. Resultaat: nauwelijks tot geen noodzaak voor energieverslindende installaties, een lagere onderhoudsbehoefte en een maximale bijdrage aan de duurzaamheid van het gebouw.

36 03

Installatietechniek

Natuurlijk is een volledige eliminatie van de installatietechniek niet denkbaar. Zo liggen op het dak ruim 3.600 m2 zonnepanelen die een belangrijke bijdrage leveren aan het bereiken van een EPC van -1,84. Verder is er veel glas toegepast, zodat natuurlijk daglicht kan binnentreden en de behoefte aan kunstverlichting is geminimaliseerd. Daarnaast wordt er gebruik gemaakt van aanwezigheidsdetectie, waardoor het (led)licht niet onnodig brandt. De verlichting kan naar behoefte door de gebruikers worden ingesteld. Wanneer het gebouw is verlaten en het alarm wordt ingeschakeld, wordt onder meer de lichtinstallatie spanningsloos. Niet alleen in het kader van energiebesparing, maar ook in verband met de brandveiligheid.
Voor de verwarming en koeling maken de bouwdelen gebruik van een wko met een aantal elektrische verwarmingsketels als back-up. Verder is een grijswatersysteem gerealiseerd om onder meer de wc’s te spoelen. Door de uiteenlopende bouwkundige maatregelen in combinatie met slimme regelingen is het gebouw energieneutraal en bijna nul-op-de-meter.

36 04

Internationale BREEAM-award

Door alle inspanningen en duurzaamheidsmaatregelen is het pand gecertificeerd met BREEAM Outstanding met een score van 91,6. De hoogst mogelijke certificering voor de ontwerpfase. Het is hiermee een van de duurzaamste gebouwen in Nederland. Dit is ook buiten onze landsgrenzen niet onopgemerkt gebleven: onlangs is het gebouw beloond met een internationale BREEAM Award in de categorie Public Sector Project – Post Construction.
Het CC NL is ontworpen door het Delftse architectenbureau cepezed en gebouwd in opdracht van G&S Bouw, in samenwerking met installatietechnisch adviesbureau Valstar Simonis. De bouw is uitgevoerd door Visser & Smit Bouw, ULC Groep (E-installaties), Kropman Installatietechniek (W-installaties) en aalbers|wico.

Tekst: ing. M. de Wit - Blok
Fotografie: Lucas van der Wee